De puzzel die we vandaag gaan bespreken heeft vier letters en de omschrijving luidt: "Past voor verend of giek". Met deze aanwijzing kunnen we proberen te achterhalen welk woord er bedoeld wordt.
Het eerste wat opvalt is dat het woord vier letters heeft. Dit beperkt onze opties al enigszins. Vervolgens moeten we kijken naar de omschrijving: "Past voor verend of giek". Hieruit kunnen we opmaken dat het woord iets te maken heeft met iets dat past bij zowel "verend" als "giek".
Als we de mogelijke opties bekijken, kunnen we concluderen dat het woord dat past bij zowel "verend" als "giek" het woord "mast" is. Een mast kan zowel verend zijn als een onderdeel van een giek. Daarmee hebben we de puzzel opgelost!